Het VOC fluitschip Stavenisse
Paesie, R. 2002 Amsterdam hardcover met papieromslag 235 blz.., met foto's en illustraties. In 1686 Strandde het VOC-schip Stavenisse voor de kust van Terra Natal, het huidige Kwa-Zulu Natal en Transkei. Van de ruim zeventig bemanningsleden wisten zestig het vege lijf te redden. Zij waren de eerste Nederlanders, die voet aan wal zetten op de Zuid-Afrikaanse oostkust. Een deel van de schipbreukelingen wist in het daaropvolgende jaar met een zelfgebouwde sloep Kaap de Goede Hoop te bereiken. De rest had minder geluk. Zij trachtten over land, door de onherbergzame binnenlanden, een weg te vinden naar de Nederlandse kaapkolonie. Sommigen bezweken aan hun ontberingen, verdronken bij de oversteek van rivieren, werden een prooi van wilde dieren of verloren hun leven tijdens overvallen van plaatselijke negerstammen. De overigen werden in de daarop volgende vier jaar dankzij vanuit de Kaap georganiseerde expedities gered. De overlevenden berichtten over grote rijkdommen en naar aanleiding daarvan besloten de Heren Zeventien in 1719 een handelspost in Rio de La Goya, het huidige Maputo, te vestigen. In 1721 vertrokken vanuit Kaap de Goede Hoop drie Hoekerschepen naar de Afrikaanse Oostkust, waar een fort werd gebouwd. De onderneming bleek echter van meet af aan gedoemd te mislukken. Binnen enkele maanden stierf een groot deel van het garnizoen aan malaria en het verwachte goud werd niet gevonden. Bovendien werd het fort in 1722 door zeerovers overvallen en geplunderd. De compagnie was in de daaropvolgende jaren genoodzaakt veel manschappen, geld en materieel naar de vestiging te zenden, terwijl de baten uitbleven. Toen in 1728 een groep garnizoenssoldaten deserteerde en vervolgens een samenzwering van het compagniepersoneel tegen het plaatselijke gezag werd ontmaskerd, besloten de bewindhebbers ten einde raad in patria de onfortuinlijke factorij definitief te sluiten. In zeer goede staat
- Order number: P19041
- Open text field 1: K150